maandag 29 maart 2010

Anti-blog

Kijk, da's nou mooi: ik ben sinds een week of twee bezig met een nieuwe vertaling voor Wereldbibliotheek en prompt heb/neem ik geen tijd meer voor m'n blog. En zo hoort het ook. Bloggen is voor wie ruim in zijn tijd zit. Ik heb het te druk (x3).

dinsdag 16 maart 2010

Lekker lopend in Rotterdam

In Rotterdam duurt het even wat langer voordat het rapport uitkomt over al dan niet vermeende onrechtmatigheden bij de gemeenteraadsverkiezingen. Gevraagd naar de reden van het uitstel antwoordde de woordvoerder:
"We leggen er nu de laatste handen aan en en dan ook maar even met teksten die lekker lopen en een leuk kaftje d’romheen." (mijn cursiveringen, LS)

Ja, dat vind ik zelf ook altijd belangrijk, lekker lopende teksten en leuke kaftjes, en dat is ook precies de reden dat ze mij nooit zo'n rapport laten maken, zeker niet in Rotterdam, waar de Doelmatige Zakelijkheid is uitgevonden, naar ik van allerwege hoor. Eerst en vooral de inhoud lijkt me hier belangrijk, wil ik maar zeggen, mezelf ontrouw. Laat dat leuke kaftje maar zitten, dat is toch niet besteed aan het merendeel van de Rotterdammers en zeker niet aan de immer verongelijkte en tekortgedane Marco Pastors. En een tekst over onrechtmatigheden bij de verkiezingen lekker lopend krijgen? Daar zou zelfs ík mijn hand van af trekken...

PS - In het NOS-journaal een dag later werd het rapport door de Rotterdamse gemeenteraad besproken. Terwijl men op de achtergrond de woordvoerder aanhoorde, zoomde de camera langdurig in op burgemeester Aboutaleb die met het rapport in handen als gebiologeerd naar het omslag zat te kijken...

maandag 15 maart 2010

Beeldend toeval

Gisteren legde ik twee 'items' (spreek uit 'aitems') ("Frits zegt 'ietems', maar aan dien flauwekul doe ik niet mee") neer voor E-Flor en ik wilde al doorlopen toen ik het beeldige, maar o zo toevallige arrangement zag:



maandag 8 maart 2010

Muzikale voorhoedegevechten

Ok, echt helemáál goed was het niet gevallen, het concert vorige week maandag met uitsluitend muziek van Pierre Boulez (Nieuw Ensemble o.l.v. Ed Spanjaard, de interessantste dirigent van Nederland), maar als je de muziek met mondjesmaat tot je neemt, dan is genieten het devies bij deze ongrijpbare, maar o zo subtiele muziek.

Verdere uitstapjes in de moderne klassieke muziek maak ik met toenemend plezier, ook al stuit ik nog regelmatig op muzikale onverteerbaarheid. Zo schafte ik jaren geleden een cd aan met muziek van Yannis Xenakis: daar ben ik nu nog van aan het bijkomen. Ik herinner me vooral een stuk voor klarinet en cello, waarin de instrumenten pas tegen het eind te herkennen zijn. Ik zeg nu niet: die Xenakis is een rommelaar en laat maar zitten, maar de moed om weer een confrontatie aan te gaan ben ik nog aan het verzamelen. Misschien ben ik bang om voor een Xenafoob te worden aangezien...

Eergisteren mocht ik een andere ontdekking doen: de strijkkwartetten van Karl Amadeus Hartmann. Wat een fantastisch goede muziek!
En gisteren was het - precies een week na het Boulezconcert - blijkbaar tijd voor een andere beproeving: een genereus aanbod van vriend H. stelde me in staat om een optreden van het Zehetmair Quartett bij te wonen. Op het programma prijkte, naast Bruckner (!) en Beethoven, een strijkkwartet van Heinz Holliger, die behalve hoboïst ook componist is en wel als leerling van - u raadt het al - Boulez... Dat was te horen in het half uur durend kwartet nr. 2, en niet op z'n voordeligst.
Wat me daarbij eigenlijk het meest verbaast is dat Holliger zich een voortzetter toont van een avantgarde in de klassieke muziek die allang zijn strijd gestreden heeft. Boulez, Ligeti, Berio, Stockhausen en Kagel, om er maar een paar te noemen, hebben hun tijd gehad, gaan door voor zover ze nog leven, maar zijn aan alle kanten ingehaald door de nieuwere componisten en hun uiteenlopende stromingen, zoals Glass en Reich, Schnittke en Pärt, Taverner en Adès, toondichters die met hun vrijmoedige terugkeer naar de al dan niet verdraaide drieklank in vrijwel niets meer herinneren aan de al dan niet veredelde piep-plonk-knars van de naoorlogse generatie van serialisten en aleatoristen en hoe ze ook verder aangeduid worden. Holliger: ik heb het altijd een braaf manneke gevonden, met z'n uitgestreken smoeltje en dat kapelaansbrilleke. Hij toonde zich nu een braaf navolgertje van Boulez, met muziek die helaas niet meer verrast, maar irriteert. En daar was Boulez nou net zo duidelijk over...